Collegebesluit om historische paardenstallen geen monumentale status te verlenen, is vernietigd!
In haar brief van 7 juni 2023 heeft de bezwaarschriftencommissie het besluit van het College van B&W om de paardenstallen géén monumentale status te verlenen vernietigd. Het college heeft de positieve adviezen van drie gerenommeerde partijen onterecht in de wind geslagen. Eigenaar en het college hebben hun argumenten onvoldoende onderbouwd.
Op 22 november 2022 nam het College van B&W van Gooise Meren het besluit om de, door de bekende Bussumse architect (en oud-wethouder) Cornelis Kruisweg ontworpen, historische paardenstallen op het Hocras-terrein géén gemeentelijke monumentale status te verlenen. Dit ondanks het positieve advies van drie gerenommeerde partijen om dit juist wel te doen. Tegen dit besluit hebben Erfgoedvereniging Heemschut, met het Cuypers Genootschap, en de Walden Buurtgroep bezwaar aangetekend. Op 30 maart 2023 was de hoorzitting, waar bovengenoemde partijen, de eigenaar van het terrein en de gemeente hun visies mondeling konden toelichten.
In de brief van 7 juni heeft de commissie (zie hier de brief) haar oordeel opgetekend. De commissie merkt op dat de gemeente het beleid in deze kwestie heeft vastgelegd in de Erfgoedverordening Gooise Meren 2016. De CRK&E heeft hierin een belangrijke stem en deze commissie heeft op basis van twee rapporten het monumentale belang van de paardenstallen overtuigend aangetoond. De gemeente betwist deze uitkomst niet en vindt de stallen ook monumentaal.
Het college kan afwijken van het zwaarwegende advies van de CRK&E, mits dit goed wordt beargumenteerd en gemotiveerd. Dit laatste is niet gebeurd!
De eigenaar van de paardenstallen heeft gesteld noch onderbouwd dat een gemeentelijke monumentenstatus negatieve gevolgen heeft voor de ontwikkelingsplannen van het Hocras-terrein. In de hoorzitting heeft de eigenaar wel in algemene termen betoogd dat dat de monumentenstatus negatieve gevolgen heeft, maar heeft dit niet onderbouwd met cijfers en andere concrete gegevens. Verder heeft het college ook op geen enkele wijze concreet gemaakt of en in hoeverre het behoud van de paardenstallen daadwerkelijk in de weg staat aan de ontwikkelingsplannen. Wij vatten dit samen als: veel bluf maar geen substantie.
De commissie vindt het verder allemaal veel te vroeg. De plannen verkeren geenszins in een concreet stadium al staat het college de laatste weken wel op het gaspedaal om dit plan door de gemeenteraad te drukken. Er is voor het terrein geen erfgoedstrategie ontwikkelt waarin duidelijk wordt hoe het renbaanverleden anders zou kunnen worden gememoreerd. Er zijn enkele proefballons opgelaten, maar niets is concreet!
Het college roept dat dit project al te lang loopt. Sinds 2020 wordt hierover overlegd en plannen gemaakt en nu ligt er een stedenbouwkundigplan. Hierin zijn de paardenstallen niet opgenomen, maar op basis van deze uitspraak moet dit plan terug naar de tekentafel. Er is plots haast, veel haast, maar het valt ook op hoe onzorgvuldig en gemakzuchtig de initiatiefnemers van het plan hiermee omgaan. De commissie geeft een tik op de vingers vanwege het gebrek aan harde gegevens die de uitspraken van eigenaar en gemeente ondersteunen. Dit geldt alleen hier voor de paardenstallen, maar we durven dit breder te trekken. De hele financiële onderbouwing ontbreekt, de raad wordt voor het blok gezet om voor het zomerreces even bij het kruisje te tekenen terwijl de kosten voor de gemeenschap totaal onbekend zijn.